Genieten van een babbel en van de buitenlucht

Heel wat steden en gemeenten organiseren praatgroepen voor anderstaligen. Een kans om andere mensen te ontmoeten en Nederlands te oefenen. De coronamaatregelen maakten deze activiteiten moeilijk te organiseren maar niet onmogelijk. Sommige praatgroepen gingen digitaal. Ze ontmoeten elkaar nu via Zoom of WhatsApp. In Oost-Vlaanderen startte bijvoorbeeld het initiatief 'Pennenvriend': Nederlandstalige en anderstalige pennenvrienden corresponderen via e-mail. Een andere spitsvondige oplossing vinden we in Limburg bij vriendENtaal. Wandel even met hen mee.

  
Het project vriendENtaal brengt in Genk wekelijks een vijftigtal mensen samen om elkaar te ontmoeten en om Nederlands te oefenen. Maar plots konden die bijeenkomsten door de coronamaatregelen niet meer doorgaan.

Op zoek naar een alternatief voor de praatgroepen

Linda Swinnens, verantwoordelijke voor het project vriendENtaal binnen de Dienst Diversiteit en Gelijke Kansen in Genk, ging op zoek naar alternatieven: “In Genk zijn er een twintigtal inburgeringscoaches actief die wekelijks een praatgroep begeleiden. Al meer dan tien jaar ontmoeten we elkaar in een zaal van de bibliotheek, gezellig met een tas koffie. Samen met de coaches en een aantal deelnemers zochten we naar manieren om het contact niet te verliezen en toch nog oefenmomenten te organiseren. Resultaat: sommige praatgroepen komen online samen en een aantal groepen organiseren veilige wandelbabbels.”

Wandelen en babbelen

We ontmoeten coach Robert, verantwoordelijke Linda en deelnemers Maria en Simin tijdens één van hun wekelijkse wandelbabbels. Robert, coach sinds de start van vriendENtaal, neemt ons met plezier op sleeptouw.

Foto deelnemer Simin, verantwoordelijke Linda, deelnemer Maria en coach Robert

Deelnemer Simin, verantwoordelijke Linda, deelnemer Maria en coach Robert

Zo’n babbel tijdens het wandelen verloopt vlot volgens Maria en Simin: “Tijdens het wandelen zien we altijd wel iets om over te praten: een plant, een dier, het weer … Alles wat je tegenkomt, probeer je te benoemen en er start spontaan een gesprek. De babbels in de bibliotheek zijn leuk, maar er is soms heel veel lawaai. Iedereen praat door elkaar en dan is het moeilijker om elkaar te begrijpen. De wandelbabbels zijn veel rustiger. Ondertussen hebben we al zoveel bijgeleerd over paddenstoelen, bomen en vogels. Maar we praten tijdens het wandelen ook over de gewone dagelijkse dingen. Wij genieten van het buiten zijn en van de babbel!”

Voor coach Robert zou een combinatie ideaal zijn: de ene week een wandelbabbel en de andere week een ontmoeting rond een tafel. “Tijdens de gesprekken in de bibliotheek krijg ik meer de kans om te werken aan de uitspraak van sommige woorden of klanken. Of we schrijven een aantal woorden op. De babbels tijdens het wandelen verlopen dan weer heel gemoedelijk. De omgeving zorgt telkens voor meer dan genoeg gespreksstof. Ik zoek elke week een nieuwe locatie en nam de groep al mee naar C-mine, het Emile Van Dorenmuseum, de begraafplaats, het Heempark, ... Is er toch eens wat minder inspiratie dan kan ik gebruik maken van de gesprekstips die de hoofdvrijwilligers van vriendENtaal elke week aanleveren. Ik vind het fijn om het Nederlands te oefenen met anderstaligen, maar tegelijkertijd leer ik zelf ook enorm veel bij. Door de gesprekken leer ik andere culturen en gewoontes kennen. Het is echt een fijne wisselwerking.”

Wandelbabbels zijn een blijver

Terwijl Robert ons langs de Stokkenmanroute gidst en Simin attent maakt op de juiste uitspraak van de ‘i’ in het woord ‘wind’, maakt Linda een eindbalans op. “We hebben niet alle coaches en deelnemers kunnen bereiken met ons aangepast aanbod. Dat is spijtig. Tegelijkertijd merken we dat we nieuwe deelnemers én coaches aantrekken met onze wandelbabbels. De reacties zijn zo positief. De wandelbabbels zijn een blijver!”

Lees meer over vriendENtaal op de website van het Agentschap

 

DELEN