Het vernieuwde inburgeringstraject

In 2022 werd het inburgeringstraject hertekend. Er kwam onder meer een traject naar werk bij, en sinds 2023 nemen inburgeraars ook deel aan een netwerk- en participatietraject. Wat is er veranderd en waarom is dit belangrijk?

Wat is er veranderd?

Op 1 maart 2022 trad het nieuwe inburgeringsdecreet van de Vlaamse overheid in werking. Dat bracht meteen een aantal veranderingen met zich mee. Zo moeten inburgeraars slagen voor een examen na de cursus maatschappelijke oriëntatie. Daarnaast is er een traject naar werk: inburgeraars moeten zich binnen de twee maanden inschrijven bij de VDAB of Actiris. 

Sinds 1 januari 2023 breidde het inburgeringstraject bovendien uit met het participatie- en netwerktraject. Dat is het vierde trajectonderdeel, naast de cursus Nederlands, maatschappelijke oriëntatie en het traject naar werk. Minstens 40 uur lang doen inburgeraars een activiteit die hun sociaal netwerk uitbreidt en versterkt. Ze gaan op stap met een buddy, doen stage bij een bedrijf, vereniging of lokaal bestuur, doen vrijwilligerswerk, nemen deel aan activiteiten in een buurthuis ...

Hoe ziet het nieuwe inburgeringstraject eruit? Aan de hand van een filmpje leggen we het helder uit.

“Dankzij mijn eigen ervaringen geef ik werkzoekenden meer zelfvertrouwen”

Ex-inburgeraar María Calzada is projectmedewerker bij Team Up van de Federatie Mondiale en Democratische Organisaties (FMDO). Ze coacht werkzoekenden met een migratieachtergrond. Haar eigen ervaringen helpen haar enorm in haar job. Als geen ander weet ze immers hoe belangrijk (vrijwilligers)werk is om je thuis te voelen in een land.

Geen werk als neurobioloog

Drie jaar geleden verhuisde María vanuit Mexico-Stad naar Brugge om bij haar vriend te gaan wonen. Ze volgde cursussen maatschappelijke oriëntatie en Nederlands. Maar een fijne job vinden bleek niet zo makkelijk te zijn. “Ik behaalde in Mexico een bachelordiploma in de neurobiologie en liet dat hier erkennen”, vertelt ze. “In die sector vond ik geen job. Maar ik schreef veel sollicitatiebrieven en vond uiteindelijk werk: eerst in een jeugdherberg, daarna in een winkel. Mijn Nederlands was toen nog heel beperkt. Ik leerde in de winkel veel nieuwe Nederlandse woorden en uitdrukkingen. Toch wilde ik liever iets anders doen. Het plan was om me in te schrijven voor een lerarenopleiding, maar ik had niet het juiste attest Nederlands.”

Dialect leren

María bleef niet bij de pakken zitten. Ze deed vrijwilligerswerk als lerares Spaans en als zwemcoach. Daarnaast is ze ook actief bij Mintus, een zorgverlener in het Brugse. Nog steeds trekt ze er regelmatig op uit met senioren. “Zo leer ik veel Nederlands bij, ook het dialect. Ik hoor wel eens dat ik nu praat als een oudere West-Vlaamse vrouw”, lacht ze.

Job gevonden via vrijwilligerswerk

Een andere vrijwilligersjob zette deze bezige bij uiteindelijk op het spoor van haar huidige baan. Om mensen hier te laten kennismaken met de Latijns-Amerikaanse cultuur, gaf María workshops koken en piñata’s maken in scholen. Zo leerde ze de organisatie FMDO kennen. Het project Team Up, een samenwerkingsverband met de VDAB, matcht werkzoekenden met een migratieachtergrond met vrijwillige mentoren die veel kennis hebben over een bepaalde sector. Eind 2022 hoorde María dat er een vacature was als projectmedewerker in de regio Oostende-Brugge. Ze waagde haar kans. “Ik was zo blij toen ze me vertelden dat ik de job had”, herinnert ze zich.

Onzeker omdat je de taal niet goed spreekt

Als coach is María verantwoordelijk voor de onthaalgesprekken met de werkzoekenden, het zoeken van een geschikte mentor en het opvolgen van het traject. “Het is een voordeel dat ik dit allemaal zelf meegemaakt heb. Ik ken het hele traject bij onze partner VDAB, hoe je je diploma kan laten erkennen … Veel nieuwkomers weten niet hoe dat allemaal werkt.”

Door over haar ervaringen te vertellen, probeert María werkzoekenden meer zelfvertrouwen te geven. “Mensen zijn vaak onzeker als ze de taal nog niet goed spreken. De woorden komen er niet altijd vlot uit en je moet meer nadenken. Ik herken dat. Je Nederlands kan alleen maar verbeteren, verzeker ik hen dan. Ook ik leer nog elke dag bij. De hele dag Nederlands praten met collega’s, helpt enorm.”

Vrijwilligerswerk helpt bij je integratie

Nieuwkomers krijgen van María de raad om in te stappen in een buddyproject. Zelf is ze nu ook buddy van een nieuwkomer. Vrijwilligerswerk is een goed idee om vlotter te integreren. Dat vertelt María steevast aan de mensen die ze begeleidt. “Een betaalde job zorgt ervoor dat je deel uitmaakt van de maatschappij: je betaalt belastingen en kan zelf in je levensonderhoud voorzien. Maar op sociaal vlak moet je ook integreren: mensen leren kennen en de taal oefenen. Voor mij heeft vooral mijn vrijwilligerswerk daartoe bijgedragen.”

“Het is fijn om anderen vooruit te helpen. Ik heb hier veel mensen leren kennen en vrienden gemaakt. FMDO voelt aan als een warme familie”, besluit María tevreden.

Inburgeringstraject

 

Toolkit om buddy's te werven

Een van de manieren waarop inburgeraars vorm kunnen geven aan het netwerk- en participatietraject, is door deel te nemen aan een buddyproject. Buddy's maken nieuwkomers wegwijs in hun stad of gemeente. Om lokale besturen en organisaties te helpen bij het werven van buddy's, maakten we een toolkit.

Wat doet een buddy en waarom is het fijn om buddy te zijn? Freddy en Tesfahiwet, Linda en Teresa, Olga en Souad, en Jan en Mitali getuigen.

Ontdek de filmpjes, foto’s, posters, interviews en beelden voor sociale media

 

 

 

DELEN